Ze was furieus, kon nog altijd niet echt bevatten dat Loren haar gisterenavond gewoon uit huis had gezet. Het had haar niet eens kunnen schelen dat ze voor de rest niet echt een plaats had waar ze kon slapen of iets dergelijks! Ze had moeten slapen in het huis van een man, iemand die ze op straat ontmoet had en die haar met plezier in huis had genomen. Hij had echter toch al snel gemerkt dat ze niet met hem mee was gegaan om iets anders te doen dan te slapen en hij zou haar waarschijnlijk zo terug op straat gezet hebben als ze zijn planten niet had gebruikt om hem aan de bank vast te maken zodat zij zijn bed kon gebruiken en een goede nachtrust zou hebben. Ze had ook best goed geslapen en het was best spijtig geweest dat ze het huis zo vroeg mogelijk had moeten verlaten. Ze wilde terug naar huis. Natuurlijk had ze de arme man wel van de bank losgemaakt, had hem even bedankt voordat ze zonder nog iets te zeggen de deur achter zich had dichtgetrokken.
Haar handen waren in haar jaszak weggestopt terwijl ze zich een weg naar huis baande. Haar ogen spoten bijna letterlijk vuur en iedereen die ook maar een beetje in de weg liep, werd met een elleboogstoot aan de kant geduwd. Ze had geen tijd voor treuzelaars en al helemaal niet om haar verontschuldigingen aan te bieden. Ze wilde gewoon zo snel mogelijk thuis zijn. Haar bruine haren had ze samengebonden in een losse knot zodat die al niet in de weg zouden hangen. De rok die ze aanhad waaide om haar benen heen op het moment dat ze in de juiste straat was en haar tempo wat begon op te voeren. Ze zou Loren wel eens haar gedacht vertellen.
Met veel kabaal werd de deur opengegooid nadat ze een paar minuten nodig had gehad om haar sleutel in het slot te steken. “Ik hoop dat je een goede verklaring hebt voor gisterenavond. Je weet echt niet wat je me hebt aangedaan. Ik heb verdorie een man moeten verleiden zodat ik een goede plaats had om te slapen.” Nog voordat ze de deur goed en wel gesloten had, was ze al begonnen met praten en haar hakken maakten een tikkend geluid op de vloer terwijl ze verder naar de woonkamer liep. “Doe dat nog een keer en je ziet me nooit meer terug.” Haar blauwe kijkers fixeerde zich in die van de vrouw in de woonkamer en als blikken konden doden zou diegene waarschijnlijk allang tot as vergaan zijn.